Naam / Beschrijving:

Spruitgroenten zijn de laatste jaren sterk in opmars. Ze zijn niet alleen erg gezond en lekker, maar ook nog eens bijzonder gemakkelijk zelf te kweken. In een handomdraai tover je een vensterbank om in een krakend verse groentebar. Zaai wat microgroenten uit op een schoteltje watten of laat wat kiemgroenten ontspruiten in een glazen pot. (Kiemen worden eerder geoogst dan microgroenten, namelijk nog voor de ontwikkeling van de eerste echte blaadjes.)

Wat is er nodig:

Voor microgroenten:
  • kiemzaden
  • ondiepe schaaltjes of schoteltjes
  • doorzichtige plastic zakjes
  • 1 pak watten
  • zeef
  • plantenspuit

Voor kiemgroenten:
  • kiemzaden
  • schone, glazen potten (bijvoorbeeld jampotten)

Let op: Gebruik alleen zaden die speciaal voor het kweken van spruitgroenten bedoeld zijn. 'Gewone' zaden kunnen behandeld zijn met chemische middelen.

Makkelijke microgroenten: tuinkers, mosterd, tarwe.
Makkelijke kiemgroenten: alfalfa (luzerne), taugé (mungbonen), broccoli.

Achtergrond / (Kern-)doel:

Kerndoel 41 — bouw en voorplanting van planten — ontkiemen van zaden

Spruitgroenten zijn niets anders dan hele jonge plantjes, een soort babygroenten eigenlijk. Bijna alle groenten en granen zijn in dit vroege stadium te eten, met uitzondering van giftige planten, zoals leden van de nachtschadefamilie (tomaat, aubergine, etc.).

Het kweken van spruitgroenten is zo gemakkelijk, omdat voor de ontkieming van zaden bijna niets nodig is. Ze hoeven bijvoorbeeld niet in aarde gezaaid te worden, want in de zaden zelf ligt voedsel opgeslagen dat speciaal voor de ontkieming bedoeld is. Ook licht is daarom die eerste dagen niet noodzakelijk. Het fotosyntheseproces kan immers pas beginnen als het kiemplantje bladeren heeft ontwikkeld.

Er hoeft voor de ontkieming in de meeste gevallen maar aan twee voorwaarden te worden voldaan: het moet warm genoeg zijn en er moet voldoende vocht aanwezig zijn. Door de absorptie van water zwellen de zaadlobben dan op en komen er enzymen vrij die het reservevoedsel in het zaad omzetten in opgeloste voedingsstoffen voor het kiempje.

Pas als al het reservevoedsel op is, heeft het jonge plantje echt zijn omgeving nodig om te kunnen overleven. Met water en zonlicht komt het een heel eind, maar voor een gezonde ontwikkeling moet het ook met zijn wortels in de grond staan. Niet alleen biedt dit stevigheid, maar ook kunnen er dan mineralen worden opgenomen die nodig zijn voor de groei.

Aan het werk...

Methode 1 (voor microgroenten)

1. Spoel de zaden om in een zeef onder de kraan.
2. Bedek de bodem van het schaaltje met watten en maak deze vervolgens vochtig met lauw water uit de plantenspuit.
3. Strooi een eetlepel zaden uit over de watten.
4. Stop het schaaltje in een plastic zak en zet het op een warme plek, zoals een vensterbank.
5. Haal het plastic weg als de zaden uitlopen en houd de watten vochtig met de plantenspuit.
6. Oogst de kiemen als ze groot genoeg zijn (meestal binnen een week): neem een schaar en knip de plantjes tot aan de wattenbodem af.

Methode 2 (voor kiemgroenten)

1. Spoel de zaden om in een zeef, schep ze in een glazen pot en giet er een laag lauw water overheen (liefst van tevoren gekookt). De zaden moeten minstens enkele centimeters onder water staan.
2. Dek de pot af met doek en bind er een elastiek omheen zodat de stof op zijn plek blijft. Laat de zaden nu 8 tot 12 uur weken, op een warme plek.
3. Giet de bonen af, door de stof heen, en spoel ze vervolgens meteen om: vul de pot onder de kraan, schud voorzichtig en laat het water weer door de stof weglopen. Zet de pot daarna schuin ondersteboven, bijvoorbeeld in een afdruiprek, zodat overtollig water weg kan lopen en lucht toe kan treden.
4. Herhaal de spoelbeurt 2 tot 3 keer per dag om de bonen fris en vochtig te houden.
5. Na enkele dagen tot een week zijn de kiemen klaar om te eten.

Bijzonderheden:

Spruitgroenten kunnen het hele jaar door gekweekt worden.

Interessant om te weten:

Met tuinkers kunnen leuke proefjes worden gedaan. Zet bijvoorbeeld eens een lege wc-rol rechtop in een schaaltje met ontkiemende zaden. De kiempjes die in de rol staan, zullen veel sterker groeien dan de kiempjes erbuiten. Dat heeft te maken met het gebrek aan licht binnen het rolletje. De plantjes rekken zich uit om zo snel mogelijk het voor de fotosynthese benodigde zonlicht te bereiken.

Verdere informatie:

Uitleg:
spruitzaden